Het was een drukbezochte bijeenkomst, de eerste spinochtend van de
Flovolandse spingroep Wol en Wiel in 2016, 11 spinners waren er! En in het begin was er
ook nog een geinteresseerde buurvrouw die iets kwam halen en gelijk een kopje
koffie meedronk voor de gezelligheid.
Zoals gebruikelijk lieten we elkaar zien wat we de afgelopen
tijd gemaakt hebben of waar we nu aan werken, en dat wil ik hier weer de revu
laten passeren.
Allereerst had H een prachtig vest gebreid, met
verschillende kleuren garen in een mooie steek. De sluiting is met een rits,
die heel netjes ingezet is!
Ook heeft ze een muts
gebreid, met een boord die dwars gebreid is met kabels, onzichtbaar vastgemaakt
met kitchener stitch of grafting (zie ook mijn vorige blog over Wol en Wiel)
tot een koker. Aan de zijkant van de koker heeft ze steken opgenomen om daar de
bovenkant van het mutsje mee te breien.
En dan heeft ze óók nog een sjaal om te laten zien. Een driekante sjaal met afwisselend rechte ribbels en gaatjes:
C heeft in de zomer van 2015 een weefcursus gevolgd, en
volgt nog steeds lessen. Ze heeft een voorbeeld meegenomen van een geweven
sjaal, met verschillende patronen. De inslag is van wol, de sjaal is licht en valt
heel soepel.
Naast C zat deze keer S (we doen altijde een rondje), die spint op een Louet Victoria,
net als ik. In de zomer is zij naar IJsland geweest op vakantie, en daar heeft
ze veel IJslands garen gekocht. Ondertussen zijn er alweer twee prachtige IJslandse
truien af, waarvan we de foto op haar mobiel konden bekijken. De nieuwe
eigenaren willen namelijk hun trui niet meer afstaan om te laten showen, zo
lekker zitten ze. Het zijn twee typisch IJslandse truien, met een ronde pas
over de schouders met daarin een patroon ingebreid.
Ook had ze nog twee andere gebreide producten mee, sokken
van een regenbooggaren wat geverfd is in de vorm van een sokkenlap: je breit
met twee draden sokkenwol een rechthoekige lap, verft deze in verschillende
kleuren (hier dus in regenboog kleuren), haalt de lap weer uit en voilá, je
hebt twee identiek geverfde bolletjes garen, ieder genoeg voor een sok!
De halve wanten met de mooie kabels zitten als gegoten, en
de opzet- en afkant-rand zijn net zo soepel als het breiwerk zelf. Dat laatste
is iets waar ik best jaloers op ben, want ik moet daar bijzonder veel moeite
voor doen, anders is het te strak, en dat overkomt me vaak bij het afkanten. Ik
haal dan maar weer uit en kant opnieuw af, tot ik tevreden ben (bij opzetten
heb ik dat gelukkig minder, want dat is helemaal lastig oplossen).
J had een prachtige poncho aan, asymmetrisch en met een
kraagje, natuurlijk zelfgesponnen en gebreid. Het patroon heet l'Enveloppe (Ravelry link).
Ook heeft ze gesponnen van de Zweedse wol die ik voor haar
meenam van ’mijn ’ schapenboerin. Het is een Gotland-Dorset kruising, en ze was
niet zo zeker over de twijning van de draad. Zat er nou genoeg twist in of
niet? We hebben ernaar gekeken en denken dat de enkele draden nog wat meer
draaiing zouden kunnen gebruiken, maar het is nu ook al een erg mooi en zacht garen. Ze
wil het graag gebruiken voor een trui/vest, maar het is nog onduidelijk of het
daarvoor wel genoeg is, het zijn niet zulke grote schapen. Ik ben benieuwd!
Ook P is aan het spinnen voor een project. Zij weet al wat
ze wil gaan maken en heeft verschillende kleuren lontwol ingeslagen om de benodigde
garens te maken. Het is voor warme, vrolijke, fleurige lange kousen met extra
versiering erop, van een Finse designer, kijk maar hier (Ravelry link).
De roze draad op de spoel is voor dat project!
C is druk aan het spinnen, maar is niet zo tevreden met de Romney
wol die ze heeft. Het lijkt of hij bros is, de vezels breken makkelijk als je
eraan trekt. Hmmm, niet zo leuk! Als je spint van vachten die je in hun geheel
koopt kan dat wel eens gebeuren, ook al kijk je goed naar de vacht bij het
kopen. Misschien was het toen ook al te merken geweest als ze toen de ’snapping’
test had uitgevoerd: neem een plukje uit de vacht tussen duim en wijsvinger van
beide handen (de punt in de ene hand en de scheerkant in de andere hand) en
trek het plukje snel uit elkaar dicht bij je oor. Het hoort een soort ’plong!’
geluidje te geven maar als het bros is kraakt het meer van de vezels die je
stuk trekt. Maar ja, je denkt er niet altijd aan om die test te doen als je een
vacht bekijkt! En soms zijn delen van de vacht wel goed en andere delen niet.
H heeft deze keer ook geen showmateriaal mee, maar de
volgende keer hopelijk weer wel! De volgende keer dat ze erbij is zal niet in
februari zijn, want dan wordt ze aan haar ogen geopereerd, sterkte!
P is iemand die wel heel veel maakt, maar het daarna gelijk weggeeft. Dat weggeven dat mág wel van ons, maar kun je daar alsjeblieft mee wachten tot ná de spinochtend? Zij vertelde over een sjaaltje, een rokje, en nog iets wat me ontschoten is, maar we hebben het allemaal niet gezien!
En dan komen we aan bij de meest productieve deelnemer deze
keer, Reny! Ze laat nog een keer zien hoe ze de bolletjes vilt voor haar
bolletjeskleed, ze maakt ze van gekaarde vlies, vormt dit in een plat bolletje,
stopt het in een kous, knoop in de kous, volgende bolletje, weer een knop erin
enzovoorts. Dan in de wasmachine. Het eruit pulken is het meeste werk. Daarna
rolt ze ze vaak nog een beetje na om ze de definitieve vorm te geven. Een
suggestie van een andere spinner (en vilter) was om de bolletjes in plaats van na een beetje voor te rollen. Misschien laten ze dan makkelijker los en houden ze
goed hun vorm, was het idee. Hier onder een klein stukje (zitkussentje?) met wat losse 'bolletjes' erop.
Ook is zij aan het haken, bij een ’Crochet-along’, een CAL.Er
is nu een CAL voor 2016 gaande, waarbij je regelmatig een nieuw haakpatroon
opgestuurd krijgt. Maar als je niet wilt wachten, kun je ook de CAL van 2015 of
2014 in zijn geheel downloaden, dan heb je alle steken in één keer en werk je in je eigen tempo. Kijk maar
eens wat een leuk dekentje dit wordt met zoveel stekenvariaties! De CALs voor
de verschillende jaren kun je hier vinden (haak-CAL).
En ook op Lossen en Vasten is
in januari een CAL gestart!
Reny raakte ook zo geinspireerd door de sneeuwsterren van C,
dat ze er zelf ook een aantal is gaan haken:
En de laatste foto van Reny is om te laten zien HOE GROTE
BOLLEN zij op haar GROTE-BOLLEN-WINDER kan winden! Een bol van 350 gram, dat is
ook indrukwekkend!
Hennie heeft lieve zachte babywantjes gemaakt met ’thrums’.
Ze liet zien hoe je ook achteraf deze wollige voering van ongesponnen wol kunt
toevoegen, met behulp van een stopnaald. Het worden hele zachte en zeker ook
warme wantjes voor kleine babyhandjes. Die zijn op deze manier goed beschermd
tegen de kou! Het basis patroon voor de wantjes vind je hier.
En hoe je de ’thrums’ tijdens het breien toevoegt zie je hier.
Ik kon geen filmpje vinden van het later in-naaien van thrums, maar het gaat
met een stopnaald, alsof je een ’v-tje’ opmaast, en je laat de eindjes aan de
binnenkant van het wantje los hangen.
Ook heeft Hennie sloffen gemaakt van een patroon van Arne
en Carlos uit Noorwegen. Het zijn gebreide sloffen die daarna in de wasmachine
vervilt zijn. Hennie heeft wat met het patroon moeten stoeien, het was niet in
een keer duidelijk! Maar we laten ons bij Wol en Wiel niet zomaar uit het veld slaan!
Hennie dus ook niet, en het zijn een mooi stel sloffen geworden. Met
assistentie van een paar door de wol geverfde breisters (ha! woordgrapje) was
al snel duidelijk hoe de Noorse heren het eigenlijk bedoelden maar niet zo
duidelijk hadden opgeschreven. Opmerkelijk bij de sloffen is dat de rode rand,
die geverfd is met meekrap, anders – minder – vervilt is dan de rest van de
sloffen, hoewel het dezelfde wol is. Meekrap of aluin doet dus iets met de wol
waardoor het minder makkelijk vervilt.
Ik bracht nog twee strengen gesponnen wol mee die ik had
geverfd bij een verfworkshop van J, met Cochenille en Indigo. Mooie kleuren
zijn het geworden! Het blauwe kaardband had ik afgebonden op een paar plekken,
en het paarsige garen is cochenille overgeverfd met indigo. Voor op de strengen
staat nog een klein proefflesje Eucalan, wat C voor iederen meebracht. Om wol in te spoelen (het is geen wolwasmiddel!) waardoor het zachter wordt. Het
ruikt lekker naar jasmijn, en ik ben benieuwd hoe mijn wol daar uit komt als ik het ga
proberen.
Als laatste wil ik jullie nog trakteren op een foto van
de Romney schapen (allen drachtige ooien) die vorig weekend geschoren zijn bij
de Almeerse Wolunie. De coole dame met de strepen op het voorhoofd blijkt een
wat ouder schaap dat onbedoeld bij de drachtige schapen terecht is
gekomen. Een paar rammen waren namelijk in de dekperiode uitgebroken en hebben
ook haar uitgekozen voor hun amoureuze praktijken. Ik hoop maar dat het goed
gaat! Nu staan ze in ieder geval allemaal droog (en kaal!) op stal, zodat ze
goed in de gaten gehouden kunnen worden. Het was leuk en leerzaam om bij het scheren te helpen met vachten schoonmaken. 60 vachten in ongeveer 6 uur hebben C en ik door onze handen laten gaan, dus zo'n 5 minuten per vacht. Er was veel belangstelling, er zijn vachten verkocht voor vachtvilten en spinnen, de niet-verkochte vachten zijn opgeslagen en geinteresseerden kunnen op zondagmiddagen langs komen om een vacht te kopen.
Wat een heerlijke lange blogpost heb je geschreven Marleen! Heerlijk zo een naslagwerk te hebben.
ReplyDeleteGroet Hennie
Wat leuk om al ons gemaakte werk zo vastgelegd te zien, en wat een goed verslag met linkjes. Knap gedaan Marleen!! Bedankt. Groetjes, Reny
ReplyDelete